Geen proefperiode meer

Door het eenheidsstatuut is de proefperiode overbodig geworden. Betekent dat dat je moeilijker ontslag kunt nemen als de nieuwe job je echt niet ligt?

Vroeger begon zowat elke nieuwe job met een proefperiode: minimum één maand en maximum één jaar. Werknemers en werkgevers konden in die periode makkelijk het contract verbreken. Lees: zonder al te lange opzegtermijn.

Sinds 1 januari is een proefperiode overbodig geworden. Wanneer je nu tijdens de eerste drie maanden van je contract ontslagen wordt of ontslag neemt, bedraagt de opzegtermijn zowel voor arbeiders als voor bedienden twee weken.

Goede of slechte evolutie?

Voor het eenheidsstatuut van kracht werd, konden arbeiders tijdens de proeftijd zonder opzegtermijn of -vergoeding op straat gezet worden. De afschaffing van deze proeftijd is voor de arbeiders dus in principe een goede zaak. Al vinden sommigen ook dat het afschaffen van de proefperiode, die destijds werd ingevoerd om de drempel naar werk te verlagen, de kansen van mensen uit kansengroepen beknot. Ze zouden minder kansen krijgen om zich op de arbeidsmarkt te bewijzen.

Uitzondering voor uitzend- en studentenjobs

Zoals op elke regel uitzonderingen bestaan, heeft ook de afschaffing van de proeftijd twee uitzonderingen. De regeling van de proeftijd voor uitzendarbeid en tijdelijke studentenarbeid blijft bestaan. Dat wil zeggen dat de drie eerste arbeidsdagen als proefperiode worden beschouwd. Beide partijen kunnen hierbij opteren voor een afwijkende proefperiode. Wordt er gekozen voor een langere proefperiode, dan mag deze niet langer zijn dan de helft van de duur van de arbeidsovereenkomst.

Let op! De proefperiode voor uitzendarbeid heeft slechts een eenmalig karakter. Dat wil zeggen dat er slechts één proefperiode geldt voor dezelfde werkgever en dezelfde functie.

Geert Degrande