Waarom je eerstdaags meer belastingen betaalt voor je bedrijfswagen

Als je als werknemer je bedrijfswagen ook privé mag gebruiken, dan word je daarop belast. Vanaf 1 januari eerstkomend zullen die belastingen voor de meeste werknemers stijgen. Maar wat moet je daar precies van weten?

Voordeel alle aard

Bij privégebruik van je bedrijfswagen spreekt men van een zogenaamd voordeel van alle aard. Een voordeel van alle aard (afgekort VAA) is een voordeel dat je van je werkgever krijgt in natura. Deze voordelen van alle aard worden beschouwd als een beroepsinkomen. Ontvang je zo’n voordeel dan moet je dus belastingen betalen op het bedrag dat overeenkomt met de waarde van het voordeel van alle aard.

Hoe berekend?

De hoogte van deze taks is afhankelijk van het voertuig waarvan je het privégebruik hebt. Meer bepaald wordt er rekening gehouden met de prijs van de wagen en zijn CO2-uitstoot. Ook de leeftijd van de wagen is van belang. Bij de berekening wordt onder andere rekening gehouden met de gemiddelde CO2-uitstoot van de hele Belgische vloot. Die is het laatste jaar met meer dan 10% gedaald. Die daling brengt – door de formule waarmee de berekening wordt gedaan – met zich dat de belasting voor de meeste wagens… zal stijgen.

Wat kan je verwachten?

Rij je met een bedrijfswagen van de middenklascategorie, dan kan je er maar beter rekening mee houden dat je volgend jaar zowat 150 euro extra belastingen zal moeten betalen.

Rijd je met een hybride model, dan zal de stijging allicht beperkter zijn. Weet trouwens dat door de wettelijke regels voor de berekening van het voordeel van alle aard (en de door jou verschuldigde belastingen) de belasting die je moet betalen op je bedrijfswagen enkel gelijk kan blijven of stijgen. Een daling (doordat bijvoorbeeld de gemiddelde CO2-uitstoot zou stijgen) is integendeel sowieso niet mogelijk.

Er is een minimum

Weet dat er trouwens een minimumbedrag is dat je als belasting moet betalen. Meer bepaald zal het minimale voordeel van alle aard waarop je zal worden belast minstens een kleine 1.400 euro per jaar moeten bedragen.

Jan Roodhooft, advocaat