Nachtwerk: tips voor een gezond ritme

Werk je ’s nachts, dan heeft dat gevolgen voor je bioritme, je gezinsleven en je gezondheid. Streekpersoneel deelt tips om de nachten beter te verteren en een goed evenwicht te vinden met je privéleven.

Eten en drinken

  • Vermijd cafeïnehoudende dranken zoals koffie, thee of energiedranken tijdens de laatste uren van je shift.
  • Eet een evenwichtige warme maaltijd net voor of aan het begin van je shift om voldoende energie te hebben.
  • Eet tijdens je shift gezonde snacks zoals fruit, yoghurt,… die je energie geven en licht verteerbaar zijn. Vermijd vet of zoetigheid.
  • Voor je thuis in bed kruipt, eet je een licht ontbijt.

Licht en geluid

  • Werk in een goed verlichte ruimte, dat helpt om alert te blijven.
  • Geef je slaaphormoon de juiste signalen: na je shift kan je op weg naar huis een zonnebril opzetten om niet te veel licht op te nemen, dan dommel je, eenmaal thuis, makkelijker in.
  • Thuis slaap je in een volledig verduisterde slaapkamer en schakel je schermen zoals je gsm, tablet,… uit.
  • Zorg dat er geen geluid binnendringt in je slaapkamer.

Slaapritueel

  • Doe een kort middagdutje voor je aan je nachtshift begint.
  • Ga na je shift meteen slapen. Bouw een ritueel in zoals een douche, even lezen of iets anders om je lichaam het signaal te geven dat het tijd is om te slapen.
  • Probeer zeven uur te slapen, zo krijg je voldoende rust.
  • Bij het ontwaken haal je een frisse neus en plan je wat beweging in: een klein wandelingetje met de hond, 10 minuten yoga,… Zo krijg je je portie daglicht binnen.

Vrienden en familie

  • Maak afspraken met je huisgenoten: als je slaapt, storen ze je niet. Ook taakjes zoals stofzuigen of het gras maaien, stellen ze uit tot je wakker bent.
  • Probeer elke dag minstens één gezinsmaaltijd samen te nuttigen. Zo is er tijd om verhalen uit te wisselen en quality time door te brengen.
  • Plan regelmatig een vrij weekend in waar je tijd maakt voor vrienden, familie, leuke activiteiten en je hobby’s.

Werk ze deze nacht!

Eveline Janssen

Bron: www.gezondheid.be