Waarom een split bill voor je smartphone van het werk nuttig kan zijn

Als je werkgever je een smartphone ter beschikking stelt die je ook voor privédoeleinden mag gebruiken, kan het nuttig zijn om daarbij te werken met een zogenaamde split bill. Wat betekent dat precies en waarom kan zo’n werkwijze aangewezen zijn?

Als je de smartphone van je werkgever ook privé mag gebruiken, dan is er in principe sprake van een voordeel van alle aard. Je zal op dit voordeel dan ook belast worden. Van zo’n voordeel is er integendeel geen sprake als je de privégesprekken die je doet met de smartphone van je werkgever zelf moet betalen.

Hoeveel is het voordeel alle aard?

Het voordeel bedraagt 36 euro per jaar voor de smartphone op zich en 48 euro voor het abonnement. Is er bovendien ook sprake van een internetabonnement (mobiele data), dan wordt daarvoor een bedrag van 60 euro op jaarbasis als voordeel voor alle aard in aanmerking genomen.

Split bill

Die regels rond het voordeel van alle aard gelden mogelijk niet als je werkt met een split bill. Bij zo’n regeling kom je met je werkgever overeen dat je werkgever enkel de kosten van het professionele gebruik van de smartphone die hij je ter beschikking stelt ten laste neemt (en jij die van de privégesprekken).

Concreet neemt je werkgever dan een abonnement met een maximumbedrag dat je werkgever betaalt en waarbij jij als werknemer de overschrijding betaalt. Als je op die manier te werk gaat is er geen sprake meer van een voordeel van alle aard en dat niet alleen voor het abonnement zelf maar ook voor het toestel.

Enkele voorwaarden

Om te kunnen werken met een splitbillregeling moet er naar de fiscus toe aan twee voorwaarden voldaan zijn. Meer bepaald moet het privégebruik rechtstreeks aan jou als werknemer gefactureerd worden door de telecomoperator. Het volstaat dus niet dat je werkgever je dat doorfactureert.

Bovendien moet je werkgever kunnen aantonen dat het maximumbedrag dat overeengekomen was (en waarboven je zelf moet betalen) ernstig is en overeenstemt met het werkelijke beroepsgebruik.

Jan Roodhooft, advocaat