Steeds meer mensen kiezen de fiets voor woon-werkverkeer

Op de momenten dat we in 2020 naar de werkvloer gingen, gebeurde dat in een op de drie gevallen met de fiets – al dan niet in combinatie met een ander vervoermiddel. Het gebruik van de fiets kende een stijging van bijna 10%. Dat blijkt uit de jaarlijkse mobiliteitsbarometer van hr-dienstenbedrijf Acerta. “Corona heeft de fiets een boost gegeven, maar de auto op zijn troon gehouden”, vertelt Charlotte Thijs, mobiliteitsexpert van Acerta.

Fiets is grote winnaar

De fiets wordt jaar naar jaar populairder voor het woon-werkverkeer. Ook in 2020 maakte de tweewieler, mede dankzij corona, een sprong voorwaarts. Maar liefst 1 op de 3 werknemers gebruikte vorig jaar de fiets om naar het werk te gaan. Bijna 15 % doet dat trouwens voor elke woon-werkverplaatsing. Charlotte Thijs: “De fiets is niet meer weg te denken uit het mobiliteitspalet. Het is een flexibel, milieuvriendelijk vervoermiddel en dankzij de e-bikes kunnen werknemers ondertussen ook grotere pendelafstanden aan. Een deel van de populariteit kan ook te verklaren zijn doordat overheden de afgelopen jaren letterlijk en figuurlijk de baan vrijgemaakt hebben voor de fiets, waarbij fietssnelwegen en betere fietspaden het fietscomfort vergroot hebben.” De fietsvergoeding zit ook in de lift. Hun aantal is in vijf jaar met maar liefst 60 % gestegen. Een op de vijf werknemers geniet al van een fiscaal voordelige fietsvergoeding per getrapte kilometer.

Koning Auto houdt stand

Bijna acht op de tien woon-werkverplaatsingen (78,3 %) in 2020 gebeurden (minstens gedeeltelijk) met de privé- of bedrijfsauto. In 2019 was dat in 77,5 % van de pendeltrajecten het geval. Daarbij stijgt het aantal bedrijfswagens nog steeds. 1 op de 5 Belgische bedienden uit de privésector beschikt over een bedrijfswagen. Dat zijn er 5,5 % meer dan in 2019.

Openbaar vervoer: de verliezer

De verliezer is het openbaar vervoer. 8,1 % van de Belgische werknemers uit de privésector gebruikt af en toe trein, tram en/of bus; 6 % gebruikt het openbaar vervoer altijd. Dat is in beide gevallen een lichte daling tegenover vorig jaar. “Het blijft een klein deel van de werknemers dat op het openbaar vervoer rekent. Door de pandemie zijn mensen overgestapt op andere manieren om zich te verplaatsen. En toch is de daling in onze cijfers eerder beperkt. Dat komt omdat abonnementen voor openbaar vervoer vaak voor een heel jaar aangeschaft worden”, vertelt Charlotte Thijs.

Mieke Vercruijsse