1 op de 4 vaste jobs binnen het jaar beëindigd

Van alle jobs die beëindigd worden, is 1 op de 4 medewerkers minder dan een jaar aan de slag in het bedrijf. Wie binnen het jaar het bedrijf verlaat, doet dat het vaakst tussen maand 7 en 12. Dat snelle personeelsverloop is een doorn in het oog van de werkgevers. Ze investeren namelijk in werknemers, maar kunnen amper genieten van hun rendement.

Van alle arbeidscontracten van onbepaalde duur die verbroken worden, gaat het in een kwart van de gevallen om een werknemer die minder dan een jaar aan de slag is in het bedrijf. Dat blijkt uit een onderzoek van hr-dienstverlener Acerta.

Moeilijk vervanging

Al jaren is het snelle personeelsverloop (vertrek binnen minder dan een jaar) in de Belgische bedrijven erg hoog, al is er een licht dalende trend. Maar de arbeidskrapte, die sinds vorig jaar volop de arbeidsmarkt domineert, doet nu wel extra alarmbellen afgaan bij de bedrijven. Ondernemingen die hun personeel snel verliezen of laten gaan, vinden dezer dagen namelijk heel moeilijk de juiste vervanging.

Ongunstige investering

Dat werknemers vooral tussen de 7de en de 1d2e maand na indiensttreding met een contract van onbepaalde duur het bedrijf weer verlaten, is een pijnlijke zaak. Nieuwe werknemers renderen voor de onderneming namelijk pas echt na zes maanden. Hannelore Van Meldert, experte talentontwikkeling: “Het is goed dat er beweging zit in de arbeidsmarkt, maar het snelle personeelsverloop baart bedrijven toch grote zorgen. Als je binnen het jaar alweer afscheid neemt van een werknemer, terwijl de samenwerking duurzaam bedoeld was, is dat geen gunstige investering van tijd en geld, zowel voor het individu als voor het team.”

Kmo’s zwaarst getroffen

Vooral kmo’s blijken zwaar getroffen door het snelle personeelsverloop. In bedrijven met minder dan 10 werknemers wordt meer dan 30 % van de stopgezette contracten al binnen het jaar afgebroken. In grote bedrijven – met 200 tot 1.000 werknemers – ligt dat percentage maar rond 15 tot16 %. “Als een werknemer in een kmo vertrekt, weegt dat zwaarder op de organisatie. Het snelle personeelsverloop en de arbeidskrapte leiden bij kmo’s vaak tot een vicieuze cirkel. Iemand vertrekt, waardoor er opnieuw een groot gat valt. De werkdruk bij de bestaande medewerkers stijgt, en het opnieuw opleiden van een nieuwe medewerker brengt ook weer tijd met zich mee. Kmo’s kunnen dus best extra inzetten op het versterken van de betrokkenheid van werknemers binnen het eigen team”, legt Hannelore Van Meldert uit.

Mieke Vercruijsse