Mag je werkgever je professionele mails lezen?

Werkgevers denken wel eens dat ze ook zonder jouw akkoord kennis mogen nemen van je professionele e-mails. Maar is dat wel zo? Een recent arrest van het hof van cassatie brengt hierover duidelijkheid.

Wat was er gebeurd?

Een werknemer werd ontslagen om een dringende reden. Om het bewijs te leveren van de redenen voor zijn ontslag legde de werkgever mailverkeer tussen de werknemer en een derde voor. Die mails had de werkgever uit de mailbox van de werknemer gehaald. De werknemer riep in dat de werkgever deze mails niet mocht lezen en bekijken en dat daardoor zijn privacy was geschonden. Volgens de werknemer konden de mails in kwestie dan ook geen bewijs vormen van de dringende reden.

Wat besliste de rechter?

Hoewel het arbeidshof nog had beslist dat professionele e-mails niets te maken hebben met het privéleven van de werknemer, zag het hof van cassatie dit anders. Volgens het hof van cassatie kan een werkgever zonder toestemming van een werknemer niet zomaar diens mails lezen. Doet hij dat toch dan riskeert hij zich zelfs schuldig te maken aan een strafbaar feit.

Wat te onthouden?

Je werkgever kan zonder jouw akkoord niet zomaar je professionele mails lezen. Doet hij dat toch en baseert hij zich hierop om je te ontslaan, dan kan je zeggen dat de mails geen geldig bewijs vormen. Weet wel dat het lang niet zeker is of een rechter dit argument ook zal volgen. Ook bewijsstukken die in principe niet geldig zijn, kunnen immers wel eens in aanmerking worden genomen.

Iets anders wordt het als je werkgever je op voorhand verwittigt dat hij je professionele mails kan lezen en als hij met andere woorden hierover transparant is. Als hij dan meteen je professionele mails filtert (en je privémails niet leest als je die ook mag laten toekomen) kan hij daar wel eventueel kennis van nemen. Je werkgever moet in dat geval ook een gewettigd doel nastreven met de inzage, bijvoorbeeld de opvolging van de professionele correspondentie met klanten verzekeren bij afwezigheid van een medewerker.

Jan Roodhooft, advocaat

Hof van cassatie, 20 mei 2019, www.juridat.be