Lunchpauze: gaan jij en je collega’s sporten?

En wat als je vanaf nu tijdens de lunchpauze een wekelijks sportdate plant met je collega’s. Zo heb je je workout van de week al gehad, werk je geen Martino en 2 stukken verjaardagscake weg en zit je na de middag fris en energiek aan je bureau.

Nog vragen? 3,2,1,… start! Want geen enkel excuus kan je nog tegenhouden.

Ja, maar, we zijn een klein bedrijf en hebben geen fitnesszaal. Waar gaan we dan sporten?

Bekijk even of jullie een vergaderzaal of vergeten kelderruimte kunnen gebruiken. Of heeft de grote multinational twee bedrijven verder een sportzaal die jullie voor een klein prijsje kunnen huren? Misschien zit je in de buurt van een sporthal? Of zoek de buitenlucht op, buiten sporten is bij vrieskoude enorm verkwikkend en gezond.

Buiten sporten? We zitten midden in de stad!

Werk je in de stad, zoek dan het dichtstbijzijnde park op. Zitten jullie aan de rand van het bedrijvenpark met zicht op de velden, dan heb je je sportveld meteen gevonden. Elke open ruimte met een streepje groen kan dienen als jullie nieuwe workout-plek.

En welke sport gaan we dan doen? Ik kan helemaal geen uur aan een stuk joggen.

Hoor eens rond in het bedrijf. Heb je een collega die na de uren fitnesslessen geeft? De ideale sport om op eigen niveau mee te doen. Zoek je het eerder buiten, verdeel de groep dan onder in ‘joggers’ en ‘snelwandelaars’. Of las een beurtrol in waarbij elke collega een initiatie geeft in zijn sport: badminton, een potje zaalvoetbal, een zumba-lesje, yoga,…

Ja, en dan weer zwetend achter ons bureau kruipen zeker?

Voorzie ruimtes waar jullie kunnen douchen. Veel bedrijven beschikken over douches voor werknemers die het woon-werkverkeer per fiets doen. Hebben jullie geen douches, kijk dan even rond in de buurt: welke bedrijven hebben er wel en kan je gebruiken?

En wat met eten? Want daar dient een lunchpauze toch voor?

Las een sportmoment van 40 minuten in, dan heb je voldoende tijd om je om te kleden, te douchen en een broodje gezond te eten na je sportprestaties.

Klaar? En 5, 6, 7, 8!

Eveline Janssens