Waarom ongepaste opmerkingen je (soms) je job kunnen kosten

Als je tegen je collega’s of hiërarchisch overste ongepast taalgebruik hanteert, kan dat je wel eens je job kosten. Voorwaarde is dan wel dat je werkgever dat eerder niet tolereerde. Dat blijkt uit een recent vonnis van de arbeidsrechtbank te Luik.

Wat was er gebeurd?

Een werknemer was actief als chauffeur binnen een bouwbedrijf. Aan de vooravond van de paasvakantie werd er een drink georganiseerd in het bedrijf waarvoor nagenoeg alle personeelsleden zich eerst omkleedden. De werknemer in kwestie vond dat niet nodig en gaf aan een vrouwelijk kaderlid in het bedrijf aan dat hij wel een douche zou nemen als… zij mee zou douchen. Bij dezelfde gelegenheid sprak hij ook de dochter van een collega op een onaangepaste manier aan.

De werkgever liet het er niet bij en ontsloeg de werknemer om een dringende reden. Dat gebeurde des te meer omdat het niet de eerste keer was dat de werknemer onaangepaste opmerkingen maakte.

Wat besliste de rechtbank?

Volgens de rechtbank is het onaanvaardbaar dat een werknemer zich bezondigt aan seksistisch en discriminerend taalgebruik. Toch werd in dit geval geoordeeld dat het ontslag om een dringende reden onterecht was. Dat gebeurde omdat de werkgever voordien nooit opmerkingen had gemaakt bij het (nochtans eerder al voorkomend) ongepast taalgebruik van de werknemer. Volgens de rechtbank had de werkgever dan ook bij de werknemer (die al meer dan 25 jaar in dienst was) de indruk gewekt dat een dergelijk gedrag aanvaardbaar was en geen reden kon vormen voor een ontslag om een dringende reden.

Wat te onthouden?

Als je je als werknemer binnen het bedrijf bezondigt aan ongepast taalgebruik (door bijvoorbeeld seksistische en/of discriminerende uitlatingen te doen) dan kan je werkgever dat wel eens aangrijpen om je te ontslaan om een dringende reden. Je werkgever moet het bewijs van de feiten dan wel kunnen leveren en ook de dubbele driedagentermijn respecteren. Toch betekent dat niet dat je altijd zo’n ontslag riskeert. Er kan bijvoorbeeld ook rekening worden gehouden met de ‘cultuur’ die in het bedrijf bestaat waarbij er bijvoorbeeld een zekere tolerantie is van de werkgever tegenover dergelijke soort opmerkingen.

Arbeidsrechtbank Luik, afdeling Hoei, 13 januari 2021 (ArbrbLuik13-01-2021 (kuleuven.be))

Jan Roodhooft, advocaat