Mag je werkgever je bedrijfswagen ‘monitoren’?

Werkgevers installeren wel eens een zogenaamd track-and-tracesysteem in de bedrijfswagens van hun werknemers. Een recent arrest van het arbeidshof in Antwerpen (afdeling Hasselt) toont aan dat de bevindingen daaruit niet altijd tegen de werknemer kunnen worden gebruikt.

Wat was er gebeurd?

Een werkgever plaatste een track-and-tracesysteem in de bedrijfswagen van een werknemer die geregeld op klantenbezoek moest gaan. In de dagrapporten die de werknemer van die bezoeken opmaakte gaf zij aan bepaalde klanten te hebben bezocht, terwijl uit de gegevens van het track-and-tracesysteem bleek dat de werknemer de klanten in kwestie in werkelijkheid niet bezocht. De werkgever ontsloeg de werknemer dan ook om een dringende reden omdat zij gelogen had tegen hem.

Wat besliste de rechtbank?

De werknemer vocht het ontslag aan en eiste een verbrekingsvergoeding van de werkgever. Ze kreeg ook gelijk van het arbeidshof. Dat was nu eenmaal van oordeel dat het monitoren van werknemers door middel van lokalisatiegegevens uit een track-and-tracesysteem enkel toegelaten is als bepaalde voorwaarden worden nageleefd. Meer bepaald moeten de regels rond privacy uit de GDPR en de Gegevensbeschermingswet worden gerespecteerd.

In dit geval was dat volgens de rechter niet het geval zodat de werkgever zich niet kon beroepen op de gegevens die hij via het lokalisatiesysteem had ontvangen. De werkgever kon die gegevens dan ook niet gebruiken als bewijs van de feiten die het ontslag om een dringende reden moesten rechtvaardigen.

Wat te onthouden?

Als je werkgever een track-and-tracesysteem wil inbouwen in je bedrijfswagen moet hij een aantal voorwaarden naleven.

Vooreerst moet hij je daarvan voor het inbouwen en activeren van het systeem informeren. Bovendien moet de mogelijkheid bestaan om het systeem buiten je arbeidstijd te deactiveren. Je werkgever moet ook motiveren waarom hij zo’n systeem wil gebruiken en de track and trace vermelden in het verwerkingsregister. Bovendien moet de verwerking beperkt zijn tot de noodzakelijke gegevens.

Jan Roodhooft, advocaat

Arbeidshof Antwerpen (afdeling Hasselt), 26.06.2018