Het goudenkooisyndroom: blijven plakken in een job ondanks dat je niet tevreden bent

Je hebt je job. Je verdient goed, leuke bedrijfswagen en een rist extralegale voordelen. Toch is er iets dat knaagt. Het gevoel dat je je weg toch niet echt meer vindt in die job. Waarom blijf je dan toch doorgaan? Het goudenkooisyndroom.

Blijven hangen in een job die je ongelukkig maakt. Je bent niet de eerste en niet de laatste. Toch blijf je hangen. Omdat het goed betaalt, je bent het gewoon. Het gras is altijd groener aan de overkant. Dat soort dingen. Die excuses geven je echter geen beter gevoel. Het ongenoegen blijft. Je voelt jezelf bijna ondankbaar. Vogeltje je bent gevangen, in een gouden kooitje zal je hangen.

Goudenkooisyndroom

Promotieonderzoek van de Nederlandse organisatiepsycholoog Merel Feenstra-Verschure toont aan dat een op de vijf werknemers last heeft van het zogeheten ‘gouden kooi syndroom’. Waarom we blijven plakken in een baan die ons ongelukkig maakt? ‘Deels omdat wij het in Nederland te goed hebben’, zegt Feenstra-Verschure. Volgens de organisatiepsycholoog zijn de arbeidsvoorwaarden vaak zo gunstig dat we geneigd zijn te blijven zitten waar we professioneel zitten.

Angst voor het onbekende

Volgens Merel Feenstra-Verschure wordt dat goudenkooisyndroom vooral gevoed door angst voor het onbekende. Het is een gevoel of een overtuiging die je jezelf eigenlijk aanpraat. Je bent niet bekwaam genoeg, je bent te oud, je vreest dat je die baan niet aan kan. En daarom blijf je maar beter waar je bent, toch? Met je collega’s erover praten, dat doe je niet. Volgens Feenstra-Verschure. Bovendien zijn mensen immers terughoudend om over gevoelens op het werk te praten. Vooral wanneer deze negatief van aard zijn. Over het niet tevreden zijn met je goedbetaalde job bijvoorbeeld. En dus hou je het stil.

Doodongelukkig

En daar zit je dan vast in die baan. Op termijn kan dat echter nefast zijn voor je mentale gezondheid. Je zit immers vast in een professionele en persoonlijke impasse. De gevolgen zijn niet mals aldus Feenstra-Verschure: “Veel mensen krijgen te maken met gevoelens van stress en uitputting. En ruim een derde met depressieve klachten of zelfs een burn-out. Bij deze mensen gaat het lichtje uit. Zij voelen zich doodongelukkig en komen thuis te zitten. En dat terwijl ze de vrijheid en mogelijkheid hadden om van baan te veranderen.”

Maak het bespreekbaar

Vroeg of laat maak je het dus best bespreekbaar. Misschien is het probleem wel niet zo groot als je eigenlijk wel denkt. Enkel door erover praten, kan je het ook in het juiste perspectief plaatsen. Dan moet je natuurlijk over dat drempeltje heen waarbij je je grieven kenbaar maakt bij je baas, je collega’s. Of ook bij familie en vrienden. Niet altijd even makkelijk. Ook door de maatschappelijke druk om het allemaal goed voor elkaar te hebben. Eens je echter aan het praten gaat, kom je misschien wel tot de conclusie dat je niet per se weg wil uit je job. Misschien moeten er gewoon een paar dingen veranderen opdat je er weer helemaal tegenaan kan. Alleen zo zorg je ervoor dat die gouden kooi geen gouden gevangenis wordt. Ultiem werkgeluk, daar moet je zelf ook actief mee aan het werk.

Pascal Dewulf

Bron: mtsprout.nl