Te warm om te werken? De tijdelijke werkloosheid in een notendop

Door extreme weersomstandigheden (lees: steenkoude of snikhete temperaturen), omwille van economische redenen of technische mankementen kunnen werknemers soms niet aan de slag. Wanneer kan een bedrijf zich wel en niet op deze tijdelijke werkloosheid beroepen?

De term ’tijdelijke werkloosheid’ heeft betrekking op werknemers die gedurende een bepaalde periode niet of minder kunnen werken. Dit kan omwille van verschillende redenen:

  • Slecht weer: het is te koud of te heet om te werken. Het slechte weer kan bouw- of technische processen verstoren of een gevaar vormen voor de werknemer omwille van het risico op onderkoeling of dehydratatie.
  • Technische stoornis: bij technische storingen aan machines, voertuigen of installaties kan de tijdelijke werkloosheid aangevraagd worden. Doordat het productieproces stil ligt, kunnen werknemers niet verder werken.
  • Staking of overmacht: voor beroepen waarbij mobiliteit een werkingsmiddel is (vertegenwoordiger, bezorger, postbode, rij-instructeur…) kan tijdelijke werkloosheid aangevraagd worden indien het wegennet of openbaar vervoer niet beschikbaar is.
  • Economische redenen: in een economie in crisis is de vraag jammer genoeg kleiner. Hierdoor zien bedrijven zich soms genoodzaakt tijdelijke werkloosheid aan te vragen omwille van het ontbreken van bestellingen of leveringen.

Aangifte?

De werkgever dient de tijdelijke werkloosheid aan te geven bij de RVA, die een uitkering voorziet voor de tijdelijk werkloze werknemers. De werkgever laat de werknemer een controleformulier invullen, dat aan het eind van de maand naar de RVA gaat. De werkgever meldt zowel aan de RVA als intern in het bedrijf hoeveel dagen de tijdelijke werkloosheid bedraagt, de begin- en einddatum van de werkloosheid en de identiteit van de werknemers die tijdelijk werkloos zullen zijn.

Uitkering?

De uitkering die de tijdelijk werkloze ontvangt, hangt af van het loon. De uitkering bedraagt 65% van het loon. Het loon waarop de RVA zich baseert voor de uitkering, is geplafonneerd tot een bedrag van 2.497,42 euro per maand.

Eveline Janssens